Print

Geschiedenis van Rijkevorsel

Archeologische vondsten wijzen erop dat het grondgebied van onze gemeente al lange tijd bewoond werd. Zo getuigen vondsten aan de Wilgenstraat van menselijke aanwezigheid in de late Steentijd, de Brons- en IJzertijd en de Romeinse tijd.

Een grote begraafplaats met lijkverbranding (urnenveld) op de Helhoekheide verraadt wellicht een eerste nederzetting al van voor het begin van onze jaartelling.

In de middeleeuwen ontstond geleidelijk een dorp rond een driehoekig plein. Later kwamen er afgelegen gehuchten bij. Vorsel was toen een deel van het Land van Hoogstraten. In 1358 werd Vorsel een tijdlang een zelfstandige heerlijkheid onder de heer Hendrik Van Cuyck. In 1370 verkreeg Vorsel van hem voor eeuwig het recht om op de Plaetse - het dorpsplein - markt te houden. De vijf oude gehuchten Houterle, Leemputten, Achterle, Keirschot en Bolk in het noorden kregen toen voor eeuwen een dubbel statuut: voor geestelijke zaken bleven ze bij de parochie van Wortel en voor wereldlijke zaken moesten hun inwoners naar Vorsel. Dit bleef zo tot in het begin van de 19de eeuw.

Vorsel wordt Rijkevorsel

In het begin van de 15de eeuw kreeg Vorsel een nieuwe benaming: Rijkevorsel. Volgens sommigen kwam dat omdat Vorsel een zekere welstand uitstraalde. Volgens anderen is het een eerbetoon aan Hendrik Van Cuyck. De betekenis is dan: Vorsel van Rik. Een recente theorie geeft aan dat Vorsel afkomstig is van het Noorse woord Tilforsel, wat aanvoer van water betekent. Het zou te maken hebben met de samenvloeiing van de Salmmeirloop en de Kleine Mark op wandelafstand van de dorpskern.

Het oudste gebouw in Rijkevorsel staat in Achtel. De Kapel van O.-L.-Vrouw van Zeven Weeën dateert minstens van 1475. In het begin van de 16de eeuw was Rijkevorsel welvarend genoeg om een machtige kerktoren te bouwen. Zeker twintig jaar werd er met tussenpozen aan gebouwd. 

Vanaf 1568 had Rijkevorsel het zwaar te verduren tijdens de 80-jarige oorlog. Geregeld kwamen vreemde troepen langs. Die betekenden een zware last voor de bevolking. De inwoners kreunden onder het oorlogsgeweld en besmettelijke ziekten. Velen vluchtten naar Nederland en sommigen keerden nooit meer terug. Alleen tijdens het Twaalfjarig Bestand waren er tekenen van heropbouw.

In de 18de eeuw breidde de bevolking uit en vonden nieuwe ontginningen plaats: de Hees, in barokke stijl aangelegd in 1754, is nu privaat bezit, maar verschafte toen aan heel wat mensen werk. Het domein werd gebruikt als jachtgebied en opbrengsteigendom voor de Hertogen van Salm-Salm.

Ontstaan Sint-Jozef Rijkevorsel

Het graven van een kanaal in ons agrarische dorp bracht vanaf 1865 een grote verandering teweeg. Rijkevorsel werd een industriegemeente en er ontstond vanaf 1906 in de heide een geheel nieuwe parochie: Sint-Jozef. Naast de steenbakkerijen en cementfabriek langs het kanaal waren er ook veel inwoners – zowel in Sint-Jozef als in het centrum - tewerkgesteld in de sigarennijverheid en de talrijke diamantslijperijen.

 

Met dank aan de Heemkundige Kring Rijkevorsel vzw.

Wil je meer weten over de geschiedenis van Rijkevorsel? Bezoek het Gemeentelijk Heemkundig museum en maak kennis met heel wat boeiende facetten uit het verleden van ons dorp.